Zoals we nu ook mogen meemaken, hebben we een periode van wisselvallig weer. We zien dit in het voorjaar, maar zeker ook in de herfst. De oorzaak is gelegen in de toenemende temperatuurverschillen tussen het hoge noorden en de gebieden ten zuiden van ons. Hierdoor kunnen zich in het grensgebied tussen de kou en de warmte boven de Oceaan actieve depressies vormen die ons beurtelings in koudere lucht, maar ook zachte lucht kunnen brengen. Die overgangen tussen de verschillende luchtsoorten worden vaak gemarkeerd met regengebieden. SOms blijven die regengebieden dagenlang boven ons gebied slepen en hebben we bijna voortdurend perioden met  meestal lichte regen of motregen.Dit jaar zien we het ook. Er valt vaak regen, al regent het gelukkig meestal niet hard. En koudere dagen met winterse buien en soms vorst in de nachten worden afgewisseld met met zachtere dagen, waarbij de temperatuur makkelijk tot boven de 10 graden stijgt en ook de nachten soms zeer zacht zijn.In deze tijd van het jaar is de zonnestraling slechts zwak, zodat we voor warmte eerder afhankelijk zijn van aanvoer vanaf zuidelijker breedten door een krachtige wind en nauwelijks door zonneschijn. Pas in februari gaat de zon weer een duidelijker rol spelen bij de aanwarming.Vorig jaar zaten we wekenlang in zeer zachte lucht. Lagedrukgebieden lagen ver ten noorden van ons. Vrijwel voortdurend werd er met een zuiden- tot zuidwestenwind zeer zachte lucht aangevoerd.Soms trekken lagedrukgebieden langere tijd ten zuiden van ons land en bevinden zich hogedrukgebieden ten noorden van ons. In dit geval hebben we vaak een oostenwind en brengen neerslaggebieden van de lagedrukgebieden ons vaak of minder vaak sneeuw. We zie dit patroon vaak terug in koude winters.Soms trekken lagedrukgebieden met grote regelmaat over de Benelux. Bij ons komt het dan herhaaldelijk tot winterse ongemakken voor het verkeer. Er valt sneeuw, regelmatig komt het tot ijzel, het wordt af en toe (flink) koud, maar soms valt kortstondig de dooi in. We zagen dit lange tijd tijdens de beruchte sneeuw- en ijzelwinter van 1979, maar ook in 1996. In dat laatste jaar werd het in het noorden van het land en ook in het noordelijke deel van Noord-Holland een koude tot zelfs strenge winter. In onze regio was het daarentegen minder koud, terwijl er in het zuiden van Nederland, met name in Zeeland eerder sprake was van een vrij normale winter.De laatste jaren hebben we gezien dat Groningen en aangrenzend gebied even in de winterkou kwam, waarbij er soms geschaatst kon worden – vanwege ijzel soms zelfs op straat! Maar in Midden-Nederland bleef serieuze kou grotendeels uit.

Wéér de groetjes van Arie Verrips